Beenstanden en Gebreken

Het bewegingsapparaat van het paard, met name het onderste gedeelte van de voorbenen, wordt zwaar belast en is daarom gevoelig voor blessures. Met een aantal voorzorgmaatregelen kan je de kans op aandoeningen verkleinen:

  • Dagelijks veel vrije beweging
  • Dagelijkse controle van de hoeven
  • Optimale hygiëne in de stal
  • Uitgebalanceerde voeding
  • Wel water maar geen vet op de hoefwand aanbrengen
  • Zorgvuldige wondbehandeling bij alle soorten wondjes
  • Preventief inenten tegen tetanus
  • Hoeven op tijd bekappen en/of beslaan door een gediplomeerd hoefsmid
  • Geen zwerfvuil in en om de stal, paddock en weide
  • Veilige materialen in de stal
  • Stroeve vloeren
  • Veilige afrastering 
  • Trainen op een geschikte bodem
  • Zorgvuldige opbouw van de training
  • Bescherming door peesbeschermers
  • Op tijd stoppen met de training
  • Veilig springmateriaal
  • Paard goed beschermen tijdens transport
  • Veilige trailer
  • Rustige rijstijl tijdens het transport
  • Deskundig laden en lossen

Afwijkende beenstanden

Waar we ervan uitgaan dat een paard een normale beenstand heeft bij de geboorte kan een veulen ook geboren worden met een afwijkende beenstand. Hieronder beschrijven we de afwijkende beenstanden.

 

Afwijkingen aan de voetas

Met de voetas bedoelen we de rechte lijn die vanuit het hart van de kogel door kootbeen, kroonbeen en hoefbeen loopt, dit evenwijdig met de voorzijde van de hoornwand.

Bij een weke voetas is de hoek van de voetas kleiner en de koot is lang. Wanneer er een normale voetas is, is de hoek ongeveer 45 graden. Bij een steile voetas is de hoek van de voetas juist groter dan 45 graden. Aan deze afwijkende voetassen kan je niks veranderen.

Een naar achter gebroken voetas wil zeggen dat de voetas in het hoefgewricht naar achteren gebroken is. Bij een naar voren gebroken voetas is het hoefgewricht naar voren gebroken. Dit noem je ook wel de beervoetige stand. 

 

Als je de voetas van voren bekijkt kunnen er ook afwijkingen zijn. Zo is er de toontreder stand, normale stand, Franse stand, gebroken voetas in kroongewricht naar binnen en gebroken voetas in het kroongewricht naar buiten. 

 

Toontreder stand: De loodlijn loopt vanaf de kogel niet recht maar naar binnen ,het paard zal hierdoor over de buitenzijde van de hoornschoen rollen. 
Normale stand: De loodlijn die door de voet loopt is recht. 
Franse stand : De loodlijn loopt vanaf de kogel niet recht maar naar buiten, het paard zal hierdoor over de binnenzijden van de hoornschoen rollen.

Gebroken voetas in kroongewricht naar binnen: De loodlijn loopt recht tot het hoefgewricht en wijst daarna naar binnen. 
Gebroken voetas in het kroongewricht naar buiten: De loodlijn loopt recht tot het hoefgewricht  en wijst daarna naar buiten.

 

Daarnaast heb je nog afwekende beenstanden die hoger in de benen voorkomen zoals:

Normale stand: Bij een vierkant staand paard  terzijde bezien loopt een loodlijn door onderarm,voorknie en pijpbeen tot de kogel (deze moeten in elkaars verlengde liggen).de voetas is ongeveer loodrecht. 
Week gekoot: Een correcte loodlijn is aanwezig tot de kogel maar de voetas is  lang en heeft een kleinere hoek dan 45 graden. 
Steil gekoot: Een correcte loodlijn maar de voetas is kort en heeft een grote  hoek dan 45 graden. 
Hol in de knie: De loodlijn is naar achter gebroken in de knie. 
Bol in de knie: De loodlijn  is in de knie naar voor gebroken

Hol in de knie- week gekoot: Loodlijn is naar achter gebroken en de kootstand heeft een kleinere hoek dan 45 graden, deze stand geeft  vrijwel altijd zeer platte verzenen heeft daardoor ook veel slijtage van de gewrichten. 
Uitgestoken knie: De loodlijn is correct alleen staat in de knie iets naar achter. 
Ingesnoerde knie: De loodlijn is correct alleen staat in de knie iets naar voor. 
Onderstandig: De voorbenen staan achter de loodlijn 
Gestrekte stand: De voorbenen staan voor de loodlijn. 

Normale stand: een loodlijn wordt uit het midden van de boeg naar beneden gelaten en moet door het midden van het voorbeen gaan en ook in het midden voor de hoef de grond raken. 
Franse stand: de loodlijn is recht tot de kogel, vanuit de kogel wijst de loodlijn naar buiten. 
Toontreder stand: de loodlijn is recht tot de kogel, vanuit de kogel wijst de loodlijn naar binnen.

X-benige stand: de loodlijn wordt in de voorknie naar binnen gebroken,voetas is recht.
O-benige stand: de loodlijn wordt in de voorknie naar buiten gebroken, voetas is recht 
Wijde stand:de loodlijnen lopen recht naast elkaar alleen de paarden zijn breed van borst een wijde stand komt veel voor bij paarden waarbij de ellebogen naar buiten zijn gedraaid,voetas is recht.

Bodemwijde stand: de lijn die door onderarm en pijpbeen loopt is recht maar deze lijnen lopen uit elkaar. De voetas is recht. 
Bodemnauwe stand: de lijn die door onderarm en pijpbeen loopt is recht maar de lijnen lopen naar elkaar toe. De voetas is recht. 
Nauwe stand: de loodlijnen lopen recht naast elkaar maar de borst is smal. De voetas is recht.

 

Afwijkende beenstanden aan de achterbenen kunnen ook voorkomen.

Normale stand: de loodlijn moet vanuit het heupgewricht (draaipunt van de dij) worden neergelaten en komt in het midden van de hoef terecht. 
Sabelbenige stand: de hoek in het spronggewricht is kleiner  dan 145 graden en zal het  pijpbeen schuin naar voor zetten. 
Steile stand: ook wel recht in de sprong genoemd, de hoek in het spronggewricht is groter dan 145 graden. Het gaat meestal samen met een grotere hoek in het kniegewricht. 

Gestrekte stand: de achterbenen worden achter de loodlijn geplaatst (de loodlijn valt dus voor de sprong en pijpbeen). De hoek in het spronggewricht kan groter zijn ( dit is dan geen steile sprong ).

 

Symptomen bij afwijkende beenstanden

Er zijn veel afwijkende beenstanden. Een afwijkende beenstand is misschien niet gelijk herkenbaar, maar het zorgt er vaak wel vaar dat het paard op een iets andere manier gaat lopen dan wat wij normaal beschouwen. Let dus vooral op de beweging van het paard, maait je paard bijvoorbeeld dan is er een kans dat hij een afwijkende beenstand heeft.

 

Wanneer moet je de dierenarts inschakelen?

Het is altijd verstandig een dierenarts in te schakelen wanneer je merkt dat je paard last heeft van een afwijkende beenstand. De dierenarts kan dan bekijken hoe afwijkend de stand is en welke vorm van afwijking je paard heeft. Daarna kan de dierenarts gaan kijken of hij je paard misschien operatief kan behandelen voor de afwijking of dat je de hoefsmid moet raadplegen voor een speciale bekapping of speciaal beslag. 

In de tussentijd is er niet iets wat je zelf kan doen tot de dierenarts komt. Vaak heeft het paard er in de weide of op stal geen last van.

 

Hoe wordt een afwijkende beenstand behandeld?

Als je een jong veulen hebt met een afwijkende beenstand kan je dit vaak tot 6 maanden nog goed behandelen, omdat alles nog verder gevormd moet worden.

Door middel van bekappen kan je de afwijkende beenstand lichtelijk corrigeren. De hoefsmid kan een soort van plakschoen onder de hoef bevestigen en deze zo bijsnijden dat deze extra steun en draagvlak bied. 

Door middel van fysiotherapie, dit wel door een deskundige, kunnen de spieren en pezen enigszins worden opgerekt. Dit kan de afwijkende beenstand bevorderen.

Ook spalkverbanden worden gebuikt om de pezen wat op te rekken en het been in de juiste stand te zetten. Hierbij worden metalen of PVC staven met behulp van een verband om het been gezet, in de juiste hoek. Een dikke laag watten moet drukplekken voorkomen.

In uitzonderlijke gevallen wordt gekozen voor een operatie, waarbij de dierenarts aanpassingen aanbrengt bij de pezen, gewrichten of groeischijven.

 

Hoe kan je een afwijkende beenstand voorkomen?

Een afwijkende beenstand is eigenlijk niet te voorkomen. Het paard wordt er mee geboren. Wel kan je merries en hengsten met afwijkende beenstanden uitsluiten voor de fokkerij, zo voorkom je dat de afwijkende beenstand wordt doorgegeven aan de volgende generaties. 

 

Bronvermelding

Hoofcare, voet en beenstanden http://hoofcare.nl/voet-en-beenstanden/

Paardenpro, Beenstanden bij paarden https://paardenpro.nl/beenstanden-bij-paarden

Hazehak

De hazehak is een hard aanvoelende, niet benige verdikking op de achterzijde van de sprong die ongeveer een handbreedte onder de punt van het hielbeen ligt. Het is in het algemeen een onschuldige verdikking, tenzij het de diepe buiger terplaatse mede in het proces is betrokken. De aandoening ontstaat door overbelasting of trauma.

 

Symptomen van een hazehak

Bij een hazehak zie je een verdikking aan de achterkant van het spronggewricht. Verder zijn er niet echt kenmerkende symptomen. 

 

Wanneer moet je de dierenarts bellen?

Een hazehak hoeft verder geen schade toe te richten aan het paard. Je ziet dan ook genoeg paarden meelopen in de hogere sport die een hazehak hebben. 

Als je het niet vertrouwd is het verstandig om de dierenarts te raadplegen, maar dit is niet noodzakelijk.

Wanneer je de dierenarts wel raadpleegt is er niets wat je in de tussentijd kan doen om je paard te helpen. 

 

Hoe wordt een hazehak behandeld?

Bij een zachte hazehak bestaat de behandeling vooral uit rust en het toedienen van ontstekingsremmers gevolgd door revalidatie. Daarnaast kan een verhoogd beslag helpen om de pezen te ontlasten.

 

Hoe kan je een hazehak voorkomen?

Een hazehak kan ontstaan door overbelasting, maar een veulen kan er ook mee geboren worden. Dit is dan vaak een erfelijke kwestie. Voorkom dus dat je fokt met merries en hengsten die aan een hazehak lijden en overbelast je paard niet. 

 

Bronvermelding

EHBO- paard KNHS

Bokt, Hazehak https://www.bokt.nl/wiki/Hazehak

Gallen 

Gallen is een verzamelnaam voor alle zachte zwellingen rondom gewrichten. Deze benaming wordt met name gebruikt bij zwellingen rondom het kootgewricht. Het zijn verdikkingen die ontstaan door overvulling van het gewricht, of door overvulling van de peesscheden. Overvullingen van het kootgewricht zijn te zien als kleine ronde zwellinkjes rondom het kootgewricht, terwijl overvulling van de peesscheden te zien zijn als langwerpige zwellingen op de binnen en buitenzijde achter boven de kogel. Deze gallen ontstaan door acute overbelasting of trauma, door langdurige overbelasting, of hebben een oorzaak die in het gewricht zelf ligt. 

 

Symptomen

Symptomen van gallen zijn:

  • zachte zwelling
  • verschillende vormen en maten
  • vaak niet pijnlijk
  • rondom het kootgewricht

 

Wanneer moet ik de dierenarts inschakelen?

Als de zwelling niet afzakt en enkele dagen aanhoudt is het verstandig de dierenarts te laten langskomen.

In de tussentijd kan jezelf de gallen koelen met zacht stromend, koud water. Geef het paard rust en vrije beweging. 

 

Hoe worden gallen behandeld?

Als de gallen langdurig aanhouden kunnen ze worden behandeld met massage en circulatie bevorderende middelen. Steunbandages kunnen ook verbetering opleveren. Als het gewrichtsgal door ocd wordt veroorzaakt kan dit operatief worden opgelost door de ocd aan te pakken.

 

Hoe kan je gallen voorkomen?

Gallen kun je voorkomen door optimale voeding en verzorging aan jonge paarden te bieden. Een goed gedoseerd trainingsopbouw met name bij de snel groeiende en grote paarden en een aangepast beslag kunnen mede helpen deze aandoening te voorkomen.

 

Bronvermelding

EHBO-paard KNHS

Legger

Een legger is een zwelling op de punt van de elleboog. Deze ontstaat vrijwel altijd door kneuzing van de elleboog door de takken van het hoefijzer bij een liggend paard in onvoldoende strobed. Ook hier wordt de dikte veroorzaakt door onderhuids vocht, een bloeduitstorting en/of een slijmbeursovervulling. 

 

Symptomen van een legger

Een legger kan je herkennen aan een zachte zwelling, variërend van grote, op de elleboog van het paard. 

 

Wanneer moet je de dierenarts laten komen?

In principe is het niet nodig om een dierenarts op te roepen wanneer je paard last heeft van een legger. Het komt vaak doordat er te weinig stro in de stal ligt. Ontstaat het echter acuut is het wel verstandig om de dierenarts te laten komen.

 In de tussentijd kan je de zwelling afkoelen met koud stromend water en er voor zorgen dat het paard in een gecappitoneerde box met een dikke stro laag wordt gehuisvestigd.

 

Hoe wordt een legger behandeld?

Een legger wordt eigenlijks niet behandeld, aangezien de oplossing redelijk dicht bij huis ligt. Namelijk ervoor zorgen dat je paard op een dikkere stro laag wordt gehuisvestigd. 

 

Hoe kan je een legger voorkomen?

Een legger is te voorkomen door voldoende stro in de box van je paard te leggen. Zo is er minder kans dat het hoefijzer in de elleboog drukt wanneer je paard gaat liggen in de box.

 

Bronvermelding

EHBO-Paard KNHS

Piephak

Een piephak is een verdikking op de punt van de hak. Ook deze is vrijwel altijd het gevolg van een trauma. Ook hier bestaat de dikte uit de ondehuidsvocht, een bloeduitstorting en/of een slijmbeursovervulling. 

 

Symptomen van een piephak

Een piephak herken ja een een zwelling die zich achter op de punt van de hak bevindt.

 

Wanneer moet je de dierenarts inschakelen?

In eerste instantie hoef je geen dierenarts in te schakelen, vaak wordt de zwelling al minder door het af te spoelen met koud stromend water. Is de zwelling echter groot kan je de dierenarts inschakelen, deze zal het vocht er dan uit laten lopen.

Als je de dierenarts inschakelt kan je de zwelling in de tussentijd blijven koelen.

 

Hoe wordt een piephak behandeld?

Een piephak is vrijwel pijnloos en wordt daarom ook vaak niet behandeld. Het is een schoonheidsfoutje. Als de zwelling echter zo groot is dat het wel belemmerend wordt kan je de dierenarts vragen om het vocht uit de zwelling te laten lopen. 

Zo zakt de zwelling af en wordt het minder zichtbaar voor het oog.

 

Hoe kan je een piephak voorkomen?

Een piephak ontstaat vaak na dat paarden ergens tegen aantrappen. Bij paarden die vaak tegen de wanden in hun box of in de trailer trappen kan je voor wat extra bescherming zorgen. Dit door middel van het bevestigen van rubberen matten tegen de wand aan.

 

Bronvermelding

EHBO-Paard KNHS

De paardendrogist, Zwellingen bij paarden. https://www.paardendrogist.nl/blog/zwellingen-bij-paarden-deel-i/

Reebeen

Een reebeen is een harde dikte aan de buitenzijde van het achterbeen net onder het springgewricht. Het wordt veroorzaakt door een verdikking van de bovenkant van het aan de buitenkant gelegen griffelbeen. Het is eigenlijk een schoonheidsfoutje dat geen behandeling vereist. 

 

Symptomen van een reebeen

Een reebeen is te herkennen aan een verdikking aan de buitenzijde van het achterbeen. Het geeft het been een soortgelijke vorm als dat van een ree. Vandaar ook de naam reebeen.

 

Wanneer moet je de dierenarts laten komen?

In principe hoef je geen dierenarts te laten komen. Een reebeen is een schoonheidsfoutje en heeft geen serieuze gevolgen voor het paard. 

 

Hoe wordt een reebeen behandeld?

Een reebeen wordt niet behandeld. Het is een schoonheidsfoutje, maar het heeft geen serieuze gevolgen voor het paard.

 

Hoe kan je een reebeen voorkomen?

Een reebeen is genetisch te voorkomen. Fok daarom niet met paarden die een reebeen hebben, de kans is aanwezig dat ze het reebeen dan doorgeven.

 

Bronvermelding

EHBO-paard KNHS

 

Spat

Spat is een benige verdikking aan de binnen onderkant van het spronggewricht. Spat is een uiting van arthrose, namelijk van de kleine gewrichten onder in de sprong. Ook hier wordt de verdikking veroorzaakt door nieuwe bot vorming. Zeker in het acute stadium veroorzaakt spat kreupelheid. Spat ontstaat door trauma, overbelasting, erfelijke aanleg en verkeerde beenstand.

 

Symptomen van Spat

Symptomen van spat zijn:

  • Lichte stijfheid, dit gaat vaak ongemerkt
  • Geleidelijk aan kreupel
  • Harde zwelling op het spronggewricht
  • Ophoping van vocht rondom de zwelling

 

Wanneer moet je de dierenarts laten komen?

Bij kreupelheid is het altijd verstandig de dierenarts te raadplegen. Deze kan bij aankomst een kreupelheidsonderzoek uitvoeren en zo vast stellen waar het paard aan leidt. Dus ook bij een geval als spat, altijd de dierenarts raadplegen zodat deze kan bevestigen of het uiteraard spat is. 

In de tussentijd kan je niet zoveel doen. Spat is een harde zwelling en zal dus ook niet afnemen door het afkoelen met koud stromend water. Indien er een zachte zwelling om de harde zwelling bevindt kan je het been in de tussentijd wel afkoelen met koud stromend water.

 

Hoe wordt spat behandeld?

Spat is een gevolg van verslijting en dit is dan ook niet omkeerbaar. Hierdoor is de enige oplossing therapie waardoor het proces wordt vertraagd. Er zijn twee therapieën mogelijk namelijk medicamenteus en chirurgisch. 

Bij medicamenteus wordt vaak gebruik gemaakt van ontstekingsremmers. Chirurgische oplossingen zouden zijn het verwijderen van een pees rondom het spronggewricht zodat de druk op het gewricht verminderd, het spronggewricht kan zodanig uit elkaar gehaald worden dat het weer samen vergroeid met de vergroeiing of er word een gedeelte van de zenuw bij het gewricht weggehaald zodat het paard geen pijn meer voelt. 

 

Hoe kan je spat voorkomen?

Spat is een aandoening die voorstaat uit een trauma of overbelasting. Zorg er dus voor dat stalwanden en trailerwanden bedekt zijn met rubberen matten zodat de paarden extra bescherming hebben bij het trappen tegen de wand. Zorg daarnaast voor een correct trainingsschema waarbij je rustig opbouwt en niet in een keer er vol tegen aan gaat met je paard.

Daarnaast is spat ook een erfelijke aangelegenheid en kan dus voorkomen worden door niet met merries en hengsten te fokken die hier aan leiden. 

 

Bronvermelding

EHBO-Paard KNHS

Paardenarts, Spat bij paarden https://www.paardenarts.nl/kennisbank/spat-bij-paarden-wat-is-dat-nou-eigenlijk-precies/#symptomen

Bolspat 

Bolspat is een overvulling van het spronggewricht. Het is te zien als een zachte zwelling aan de voor binnenzijde van de sprong, en vaak ook aan de buiten bovenkant. De bolspat kan ontstaan door acute overbelasting of door trauma, aar het kan ook het gevolg zijn van een chronische overbelasting. Een degeneratieve beschadiging van het gewrichtskraakbeen in het spronggewricht is vaak de achterliggende oorzaak van een bolspat. De aandoening is erfelijk. 

 

Symptomen van bolspat

Bij bolspat zie je een verdikking op de binnenzijde en/of de buiten bovenkant van de sprong. Deze verdikking is zacht en kan zowel langzaam als acuut zijn ontstaan. 

 

Wanneer moet ik de dierenarts laten komen?

Het is verstandig om de dierenarts langs te laten komen. Deze kan namelijk de ontsteking verminderen. In de tussentijd kan je je paard zijn zwelling afspoelen met koud stromend water. 

 

Hoe wordt bolspat behandeld?

De dierenarts zal hoogstwaarschijnlijk ontstekingsremmers toe gaan dienen. Daarna zal hij het vocht via een naald uit de zwelling onttrekken. 

 

Hoe kan je bolspat voorkomen?

Bolspat is te voorkomen door er voor te zorgen dat je je paard niet over belast. Daarnaast is het niet fokken met paarden die last hebben van bolspat verstandig, aangezien het wel een erfelijke factor heeft.

 

Bronvermelding

EHBO- Paard KNHS

Maak jouw eigen website met JouwWeb